Eredienst

Datum

Voorganger

Te lezen tekst

Lukas 22 : 54-62
1 Korintiërs 15 1-11

Opname:

Download: Opname

Psalmbord

Ps 125 : 3 (voorzang)
Ps 138 : 3, 4
Ps 103 : 2
Ps 34 : 2, 9, 11 R
Ps 118 : 3, 11 R
Ps 29 : 6 R

Lukas 22 

  1. En zij grepen Hem en leidden Hem weg, en brachten Hem in het huis des hogepriesters. En Petrus volgde van verre.
  2. En als zij vuur ontstoken hadden in het midden van de zaal, en zij te zamen nederzaten, zat Petrus in het midden van hen.
  3. En een zekere dienstmaagd, ziende hem bij het vuur zitten, en haar ogen op hem houdende, zeide: Ook deze was met Hem.
  4. Maar hij verloochende Hem, zeggende: Vrouw, ik ken Hem niet.
  5. En kort daarna een ander, hem ziende, zeide: Ook gij zijt van die. Maar Petrus zeide: Mens, ik ben niet.
  6. En als het omtrent een uur geleden was, bevestigde dat een ander, zeggende: In der waarheid, ook deze was met Hem; want hij is ook een Galileër.
  7. Maar Petrus zeide: Mens, ik weet niet, wat gij zegt. En terstond, als hij nog sprak, kraaide de haan.
  8. En de Heere, Zich omkerende, zag Petrus aan; en Petrus werd indachtig het woord des Heeren, hoe Hij hem gezegd had: Eer de haan zal gekraaid hebben, zult gij Mij driemaal verloochenen.
  9. En Petrus, naar buiten gaande, weende bitterlijk.

1 Korintiërs 15

  1. Voorts, broeders, ik maak u bekend het Evangelie, dat ik u verkondigd heb, hetwelk gij ook aangenomen hebt, in hetwelk gij ook staat;
  2. Door hetwelk gij ook zalig wordt, indien gij het behoudt op zodanige wijze, als ik het u verkondigd heb; tenzij dan dat gij tevergeefs geloofd hebt.
  3. Want ik heb ulieden ten eerste overgegeven, hetgeen ik ook ontvangen heb, dat Christus gestorven is voor onze zonden, naar de Schriften;
  4. En dat Hij is begraven, en dat Hij is opgewekt ten derden dage, naar de Schriften;
  5. En dat Hij is van Cefas gezien, daarna van de twaalven.
  6. Daarna is Hij gezien van meer dan vijfhonderd broeders op eenmaal, van welken het merendeel nog over is, en sommigen ook zijn ontslapen.
  7. Daarna is Hij gezien van Jakobus, daarna van al de apostelen.
  8. En ten laatste van allen is Hij ook van mij, als van een ontijdig geborene, gezien.
  9. Want ik ben de minste van de apostelen, die niet waardig ben een apostel genaamd te worden, daarom dat ik de Gemeente Gods vervolgd heb.
  10. Doch door de genade Gods ben ik, dat ik ben; en Zijn genade, die aan mij bewezen is, is niet ijdel geweest, maar ik heb overvloediger gearbeid dan zij allen; doch niet ik, maar de genade Gods, Die met mij is.
  11. Hetzij dan ik, hetzij zijlieden, alzo prediken wij, en alzo hebt gij geloofd.

Thema voor de preek:

‘Hoe het Pasen voor Petrus werd’