Eredienst
Psalmbord
Ps 9 : 1 (voorzang)
Ps 108 : 1
Ps 19 : 5
Ps 81 : 12 (dopeling binnengebracht)
Ps 105 : 5 (toezingen)
Ps 45 : 1, 2 R
Ps 118 : 13, 14 R
Ps 138 : 1 R
Mattheüs 16
Jezus weigert een teken
- En de Farizeeën en Sadduceeën tot Hem gekomen zijnde, en Hem verzoekende, begeerden van Hem, dat Hij hun een teken uit den hemel zou tonen.
- Maar Hij antwoordde, en zeide tot hen: Als het avond geworden is, zegt gij: Schoon weder; want de hemel is rood;
- En des morgens: Heden onweder; want de hemel is droevig rood. Gij geveinsden! het aanschijn des hemels weet gij wel te onderscheiden, en kunt gij de tekenen der tijden niet onderscheiden?
- Het boos en overspelig geslacht verzoekt een teken; en hun zal geen teken gegeven worden, dan het teken van Jona, den profeet. En hen verlatende, ging Hij weg.
Waarschuwing voor het zuurdesem
- En als Zijn discipelen op de andere zijde gekomen waren, hadden zij vergeten broden mede te nemen.
- En Jezus zeide tot hen: Ziet toe, en wacht u van den zuurdesem der Farizeeën en Sadduceeën.
- En zij overlegden bij zichzelven, zeggende: Het is omdat wij geen broden mede genomen hebben.
- En Jezus, dat wetende, zeide tot hen: Wat overlegt gij bij uzelven, gij kleingelovigen! dat gij geen broden mede genomen hebt?
- Verstaat gij nog niet? en gedenkt gij niet aan de vijf broden der vijf duizend mannen; en hoevele korven gij opnaamt?
- Noch aan de zeven broden der vier duizend mannen, en hoevele manden gij opnaamt?
- Hoe verstaat gij niet, dat Ik u van geen brood gesproken heb, als Ik zeide, dat gij u wachten zoudt van den zuurdesem der Farizeeën en Sadduceeën.
- Toen verstonden zij, dat Hij niet gezegd had, dat zij zich wachten zouden van den zuurdesem des broods, maar van de leer der Farizeeën en Sadduceeën?
De belijdenis van Petrus
- Als nu Jezus gekomen was in de delen van Cesarea Filippi, vraagde Hij Zijn discipelen, zeggende: Wie zeggen de mensen, dat Ik, de Zoon des mensen, ben?
- En zij zeiden: Sommigen: Johannes de Doper; en anderen: Elias; en anderen: Jeremia of een van de profeten.
- Hij zeide tot hen: Maar gij, wie zegt gij, dat Ik ben?
- En Simon Petrus, antwoordende, zeide: Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden Gods.
- En Jezus, antwoordende, zeide tot hem: Zalig zijt gij, Simon, Bar-jona! want vlees en bloed heeft u dat niet geopenbaard, maar Mijn Vader, Die in de hemelen is.
- En Ik zeg u ook, dat gij zijt Petrus, en op deze petra zal Ik Mijn gemeente bouwen, en de poorten der hel zullen dezelve niet overweldigen.
- En Ik zal u geven de sleutelen van het Koninkrijk der hemelen; en zo wat gij zult binden op de aarde, zal in de hemelen gebonden zijn; en zo wat gij ontbinden zult op de aarde, zal in de hemelen ontbonden zijn.
- Toen verbood Hij Zijn discipelen, dat zij iemand zeggen zouden, dat Hij was Jezus, de Christus.
Thema voor de preek:
'De persoonlijk mening over Jezus'
- van anderen
- van u
- van God
Vragen bij de preek:
- Hoe wil de HEERE in de Heilige Doop ons het antwoord op de vraag van de Heere Jezus leren?
- "Belijden is gelovig naspreken wat God zegt in Zijn Woord."
Hoe komt dit tot uitdrukking in de vraag van de Heere Jezus? - Wie zegt u/ zeg jij dat de Heere Jezus is?
Waarom geeft u/geef jij dat antwoord en wat is de grond voor uw/jouw antwoord?
Collecten:
- Kerk
- Emeritikas
- Extra Kerk
Vergeet u ook onze adoptiekinderen niet?!
U kunt uw gave geven via de Givt app, maar natuurlijk ook overmaken naar een van de rekeningen van de kerk.
Klik hier voor de bankgegevens van de kerk.